29 juli, naar Gotland

We vertrekken vroeg voor de lange tocht naar Gotland. Onze ankerplek ligt op een van de buitenste scheren, na een paar bochtjes kan de stuurautomaat aan en is het één rechte lijn naar Visby. Enige maar: er is geen wind, dus varen we bijna 12 uur op de motor.

We hadden begrepen dat het in Visby de hele zomer erg druk was, dus hadden we geprobeerd te reserveren. Dit lukte wel voor de laatste 2 nachten, maar de eerste 2 zaten al vol. Wat schetst onze verbazing als we merken dat er bijna niemand ligt! We hebben een goeie plek, en annuleren onze reservering om niet te hoeven verkassen.

28 juli, aan de rots

Een dag zeilen afgewisseld met motoren.

Vandaag voor het eerst met de neus aan de rots geankerd, tot nog toe durfde ik nooit van de boot af te springen op de rots.

Na eerst een verkenningsrondje te hebben gevaren tot vlakbij de rots gooit Peter op 2 bootlengtes vanaf de rots het achter anker uit en drijven we voorzichtig naar de kant. Bij de rots kan ik gewoon afstappen om de boot tegen te houden terwijl Peter de ankerlijn vastlegt. Daarna gaan vanaf de voorpunt 2 lijnen naar de dennenbomen op de kant. Spannend, maar eigenlijk was het hier supersimpel.

Hier hadden we al lang tegenaan zitten hikken, maar het is uiteindelijk gelukt.

27 juli, schitterende lichtshow

Vanuit Trosa trekken we zuidwaarts naar een prachtige ankerbaai, waar we helemaal alleen liggen. ‘s Avonds worden we getrakteerd op een schitterende lichtshow: de ondergaande zon kleurt de laaghangende wolken vuurrood! We zitten lang buiten te genieten.

25 juli, naar Trosa

Het is vanaf Fifang maar een kort stukje naar Trosa. We strijken neer in dit pittoreske dorpje wegens het minder fraaie weer dat wordt verwacht. De gastenhaven ligt overvol. Je ligt er aan een hekboei met de neus naar de kant. Wij zijn lekker vroeg en vinden nog een plek. Maar als wij denken dat de haven vol ligt, denken anderen daar anders over: zodra er een kier van een halve meter tussen 2 boten zit, wordt de punt van de boot ertussen geduwd en begint het duwen en trekken om alle boten te laten opschuiven!

Trosa is een schilderachtig dorpje met houten huizen langs een riviertje. Erg leuk, maar ook toeristisch.

Love is in the air – vrij vertaald: een potje seks in de lucht

Terwijl wij in de kuip zitten te kijken naar de langstrekkende inktzwarte wolken, ziet Peter een groep visarenden hoog in de lucht vliegen. Hé, zegt hij, ze zitten op elkaar! En ja hoor, steeds gaan er 2 bovenop elkaar zitten. Zo doen vogels dat kennelijk! Maar daar kunnen we uiteraard geen foto’s van laten zien.

22-24 juli, vervolg van de reis langs de scheren

‘s Morgens vertrekken we op tijd om op tijd bij de bruggen en de sluis te zijn. Het is vooral zaak om de spoorbrug te halen, die gaat maar 1 keer per uur open. De sluiswachter adviseert om gas te geven, dan kunnen we het net halen.

De tocht door het smalle Baggensfjärden, het kanaal dat ons uit Stockholm moet voeren, viel ons wat tegen. Het was erg bebouwd en maar op een enkele plek echt smal.

We vinden voor de eerste nacht een mooie ankerplek bij Ägnö, waar we even rondom de boot zwemmen. Het water is hier beduidend kouder dan op de Mälaren. We kunnen met een app precies zien hoe we achter ons anker draaien.

Op zaterdag trekt het halverwege de middag helemaal dicht, het is mistig van de miezerregen. We besluiten niet door te varen naar de ankerplek die we hadden uitgekozen, maar de dichtstbijzijnde ankerplek van de kaart aan te lopen. Het is daar erg smal en ondiep, we verkassen nog even naar een wat ruimere plek waar we wel om ons anker kunnen ronddraaien als de wind draait.

Zondag is weer een mooie zeil/motor dag. Bij Fifang gaan we voor anker in de mooie baai. We zwemmen weer om de boot heen, maar het is wel koud!

21 juli, terug in Stockholm

Het is weer een zeer warme dag. We vertrekken vroeg van ons mooie plekje bij Drottningholm en komen daardoor bijtijds aan in de verenigingshaven in Stockholm. Wat een verschil met de Wasahaven waar we eerder lagen: aardige meid bij de receptie, schoon sanitair en een stuk voordeliger! Gebruik van de wasmachine is ook hier gratis, ik schrijf in voor 16:00 uur.

We doen boodschappen bij de Lidl en eten ons pecan-notenbroodje op in het park vlakbij de haven. Het is echt hoogzomer, het park en de waterkant worden druk bezocht. ’s Avonds zwemmen we in de haven achter de boot, lekker verkoelend.

16 juli, de Mälaren

Na de drukte van Stockholm besluiten we een paar dagen “vakantie” te nemen op de Mälaren. Dit is een merengebied ten westen van Stockholm, dat zich uitspreidt als de tentakels van een inktvis.

We hebben er een paar heerlijke zeildagen tussen de honderden eilandjes.

We bezoeken een Viking nederzetting op het eiland Björkö, ankeren in leuke baaitjes, leggen aan in het stadje Mariefred bij het kasteel Grisholm. In dit stadje vinden we een system bolaget, een drankenwinkel waar je in Zweden terecht kunt voor wijn en sterke drank. Hier vullen we onze wijnvoorraad weer aan.

In een baai bij het koninklijk kasteel Drottningholm gaan we voor anker. Wat een uitzicht vanuit onze kuip! Met de bijboot gaan we aan land om in de kasteeltuinen rond te wandelen. Het geheel heeft veel weg van Paleis Het Loo, maar de tuinen zijn veel minder goed onderhouden.

Het is inmiddels ook in Zweden lekker warm. We varen terug naar Stockholm, waar we in een haven aan de andere kant van de stad aanleggen.

12 juli, Stockholm

Dinsdag 12 juli komen we aan in Stockholm. Op het water krioelt het van de bootjes: veerponten, zeilboten, motorbootjes in allerlei maten, waterscooters, kano’s… En alles kriskras door elkaar heen.

We leggen aan in de Wasahamn, een drukke, dure haven. Het sanitair is niet om over naar huis te schrijven, de wc’s stinken.

We blijven een paar dagen in Stockholm om de stad te bekijken.

De oude stad, Gamle Stan, ligt op een eiland. De eerste dag zijn we met de wisseling van de wacht bij het kasteel. De kapel speelt mooie muziek. De smalle steile straatjes in dit stadsdeel zijn erg toeristisch, maar toch zeer de moeite waard. We lunchen bij een pizzeria.

De tweede dag gaan we naar Södermalm, een leuke wijk. We eten in een parkje, waar veel mensen hun lunchpauze van kantoor doorbrengen op het gras. Een leuke ongedwongen sfeer. Op de terugweg naar de brug komen we door smalle en zeer steile straatjes, met een fraai uitzicht op de stad.

’s Avonds is er theater in het park naast de haven, een optreden van twee operazangers met muziekbegeleiding. Halverwege begint het te stortregenen, het publiek vlucht onder de bomen, de zangers schuilen. Na een tijdje komt de organisatie gele regencapes uitdelen, het podium wordt gedweild, er wordt een partytent op het podium gezet en de show gaat verder.

De derde dag besteden we aan het Wasamuseum, waar het schip de Wasa in de hal ligt. Dit schip verging tijdens zijn eerste reis, bij het uitvaren van de haven. Pas een paar honderd jaar later werd het teruggevonden en gelicht.

8 juli, nu echt naar Zweden

We steken over naar de Zweedse scherenkust. Vrij snel na vertrek moeten we het gastenvlaggetje van Åland wisselen voor dat van Zweden. Bij Arholma gaan we voor anker en pompen we de bijboot op. Dit is een leuk eiland, waar slechts onverharde wegen zijn. De mensen verplaatsen zich op de fiets, met brommertjes met een bakje ervoor of met een kleine tractor met een aanhangertje erachter of soms een kar waar een aantal mensen in kunnen. Erg pittoresk allemaal.

De tweede avond vragen Nederlandse buren, Margriet en Edze, of we nog informatie willen over het gebied. Zij zijn hier al voor de vijfde keer. Met de bijboot gaan we op visite.

Na 2 dagen in de baai van Arholma gaan we verder naar een volgende ankerplek, Paradiset, volgens Margriet een hele mooie ankerbaai. En dat is ook zo. Ook hier maken we weer een leuke wandeling over het eiland. We blijven hier 1 nacht.

Vervolgens varen we naar Grinda, een ankerplek in een bocht van het vaarwater achter een eilandje. Hier klimmen we de rotsen op en hebben een mooi uitzicht op de boot in de diepte.