18 augustus, Helsingor

We vertrekken naar het noorden met zeer laag hangende bewolking.

We moeten scherp aan de wind varen om na een paar uur bij de Oresundbrug uit te komen. Gelukkig ruimt de wind en kunnen we steeds makkelijker de juiste opening van de brug halen. De Oresundbrug is de brug die Kopenhagen en Malmö verbindt. Dit is de beroemde brug uit de TV serie The Bridge.

’s Middags komen we langs slot Kronenburg en direct daarachter de haven van Helsingor. Deze is zeer onoverzichtelijk en bovendien erg druk. Er zijn slechts weinig vrije boxen, de meeste voor boten die smaller zijn dan die van ons. Uiteindelijk, helemaal aan het einde van de haven, vinden we een box van 6,5m breed. Daar passen we met onze 3,5m zeker in.

Vrijdag bezoeken we Kronborg, het kasteel dat Shakespeare heeft gebruikt als plaats van handeling voor zijn toneelstuk Hamlet. Het is een mooi kasteel met verschillende routes, die allen weer uitkomen in de balzaal, ooit de grootste zaal van Noord-Europa. Als laatste gaan we naar de kazematten, erg vochtig, donker en spannend.

Als we weer buiten komen hoost het. Gelukkig hebben we de regencapes uit Stockholm in de rugzak zitten, zodat we nog enigszins droog bij de boot komen.

Later doen we nog een klein rondje stad. Een aardig stadje zo te zien, maar erg nat.

16 augustus, Falsterbokanaal

Vanuit Ystad gaat de tocht verder naar het westen. We varen door het Falsterbokanaal, waarmee we het westelijke puntje van Zweden afsnijden.

Aan het eind van het kanaal is een jachthaven. We leggen aan en Peter belt naar een jachthaven in Kopenhagen om voor de volgende dag te reserveren. Jammer genoeg blijkt de haven vol te zijn, er zijn dat weekend grote zeilwedstrijden. We kunnen wel voor de 22e reserveren.

We gooien de plannen dus om en besluiten eerst naar Helsingor in het noorden te gaan om het beroemde kasteel te bekijken, om vervolgens weer naar het zuiden af te zakken om Kopenhagen te bezoeken.

De havenmeester komt een praatje maken en vertelt dat er gratis fietsen te leen zijn. We lenen 2 fietsen en rijden door het bos naar het strand op de zuidpunt van het eiland. Het water is heerlijk koel, het strand ruikt lekker fris.

Op de terugweg doen we boodschappen om te barbecueën.

De volgende dag zijn we laat wakker en besluiten nog een dagje te blijven. Weer lenen we fietsen en gaan we zwemmen, waarna we wederom barbecueën.

13 augustus, verder richting Ystad

Om de noordpunt van Bornholm varen we naar Hammerhavnen aan de westkant van het eiland. Een mooie omgeving, zonder dorp, met weinig voorzieningen. Het is warm, we zijn zijn nog moe van de wandeling van gisteren en blijven lekker op de boot. ’s Avonds gaat weer iedereen uitgebreidt naar de zonsondergang kijken, hier zakt de zon in het water.

De 14e varen we naar Ystad, weer even terug naar Zweden. De haven is nog rustig als we aankomen, in de loop van de middag loopt hij echter vol met Duitsers. We zwemmen op het strandje naast de haven. Het strand stinkt naar rottend zeewier, maar het water is lekker koel. We douchen naderhand achterop de boot.

De 15e Ystad bekeken. Het is een leuk stadje met vooral leuke, oude zijstraatjes langs de hoofdstraat. Maar verder is het niet zo bijzonder, en gelukkig geen misdaden gezien.

Een lekker rustig dagje, dat we weer afsluiten met een duik in het water.

12 augustus, Gudhjem

We verlaten Svaneke en varen noordwaarts naar Gudhjem. Het is een heel klein haventje zonder hekboeien. We leggen bij de eerste de beste plek aan de kade die we zien aan, waarschijnlijk beetje hobbelig vanwege de tegenoverliggende aanlegplek van een veerpond naar Christianso. Maar dan zien we een basin verder dat de boten via een mooringlijn vastliggen. En er is nog een vrije mooringlijn beschikbaar! Dus ondanks dat we na veel moeite een plekje aan de kade hebben, gaan we toch verkassen naar de mooringlijn. Hebben we dat ook eens gedaan.

Gudhjem is weer zo’n leuk dorpje met kleine huisjes. Om 12 uur liggen we eindelijk goed, lunchtijd dus. Eerst willen we een rondje dorp doen voor we onze boterhammen gaan opeten. In het dorp komen we langs een visrokerij, waar hele busladingen toeristen naar binnen gaan. Je blijkt er een visbuffet te kunnen nuttigen, zoveel en zo vaak opscheppen als je wilt. Dat laten we niet aan ons voorbij gaan. We hebben er een heerlijke lunch.

Na de lunch lopen we naar de ronde kerk van Osterlars. Dit is 1 van de 4 ronde kerken van het eiland waar Bornholm zo beroemd om is. Deze lijkt tevens de grootste en mooiste te zijn. Een fraaie vestingkerk, muren van 2 meter dik en vanaf de bovenverdieping is er een prachtig uitzicht over de omgeving.

Op de heenweg stuurde GoogleMaps ons langs de weg, een behoorlijk saaie tocht van ongeveer één uur. Terug maken we een mooie wandeling door het bos, over steile paadjes langs een klein beekje.

’s Avonds zitten de rotsen rondom de haven vol met mensen die naar de zonsondergang komen kijken.

10 augustus, even naar Denemarken

Vandaag verlaten we tijdelijk Zweden om naar twee Deense eilanden te gaan: Christianso en later Bornholm.

Christianso is een vesting eiland, helemaal ommuurd. Een wandeling rondom is 1,5 km. Er rijden geen auto’s, de straatjes zijn geplaveid met natuursteen.

’s Avonds na het eten wandelen we langs de vestingmuur en horen zeehonden brullen op de rotsen. Met moeite kunnen we ze ook zien.

Donderdag varen we 2 uur verder naar Bornholm, een wat groter eiland met een aantal havens rondom. We beginnen in het zuid-oosten in de haven van Svaneke, een klein toeristisch dorpje.

Het plan is om vervolgens in een paar dagen tegen de klok in naar de westkant van het eiland te varen, en daarna weer over te steken naar Ystad in Zweden.

9 augustus, Utklippan

Utklippan is de naam van een vuurtoreneiland. Het bestaat uit een Noorder- en een Zuidereiland.

Op het Zuidereiland staan de vuurtoren en een aantal huisjes die vroeger werden bewoond door de vuurtorenwachter. Het Noordereiland omvat een rechthoekig bassin, waar plezierboten aan kunnen leggen. Er zou een havenmeester komen voorde havengelden, maar kennelijk is het hier ook einde van het seizoen, want we zien niemand. De haven ligt eind van de middag wel vol.

8 augustus, Kristianopel

Het is een koude dag wanneer we van Kalmar verder trekken naar Kristianopel. Lange broeken en zeilpak gaan aan, Peter zet zelfs zijn muts op.

We kunnen deels zeilen, deels op de motor. Rond de middag komen we aan in het gezellige haventje met de opmerkelijke havenmeester (een soort Quasimodo). Tegen Duitsers die aanleggen waar hij ze wil hebben, schreeuwt hij: waarom luisteren jullie niet naar me, ik zeg toch “hier”?

We trakteren onszelf op fish & chips, lekker stukje vis maar de doperwtjes waren ze vergeten op te warmen.

Kristianopel was vroeger een vesting, de muur staat er nog. Het is nu een piepklein dorpje met houten huisjes binnen een stadsmuur. Net iets groter dan een voetbalveld, er wonen zo’n 80 mensen.

7 augustus, Kalmar

Zondag varen we met stevige wind naar Kalmar, waar we rond de lunch aankomen.

We gaan onder de brug door en moeten daarvoor behoorlijk scherp varen, wat niet meevalt in de af en toe sterk veranderlijke wind. Maar uiteindelijk varen we mooi onder de brug door en kunnen we de haven opzoeken.

Kalmar is een klein stadje, waar we ’s middags rondkijken bij het kasteel en in de kleine straatjes.

5 augustus, richting Kalmar

Onderweg naar Kalmar gaat het steeds harder waaien en lijkt het ons beter om eerder te stoppen. We varen een diepe inham in richting Monsteras. Het is een goedkope haven, echter zonder douche.

In het dorp, dat niet veel voorstelt, is wel een System Bolaget. Dit geeft ons de gelegenheid om onze wijnvoorraad weer wat aan te vullen.

Zaterdag blijven we nog een dagje liggen vanwege de harde wind. In het dorp is echter alles gesloten, er valt niets te beleven. Een voordeel: het informatiekantoor waar we moeten betalen is ook gesloten, waardoor we de 2e nacht gratis liggen.

2 augustus, naar Öland

Met een stevige wind varen we dinsdag naar Öland, waar we een plek vinden in de bijna uitgestorven haven van Byxelkrok. Het is een gezellig dorpje, waar de oude vissershuisjes zijn omgetoverd tot winkeltjes en cafeetjes. Kneuterig-toeristisch!

We blijven hier een paar dagen liggen in verband met de harde wind. De boot krijgt weer eens een poetsbeurt, van binnen en van buiten.

Donderdag maken we een fietstocht van 42 km langs de noordkant van het eiland. Het was zwaar trappen over de onverharde bospaadjes!

Toen we bij vuurtoren Lange Erik kwamen bleek deze gesloten, waarschijnlijk eind van het seizoen. Aan de oostkant van het eiland picknicken we op het strand en doen een poging om te zwemmen. Peter duikt even onder, bij mij komt het water niet verder dan de rand van mijn broek.

Verder op de route lag nog een Viking nederzetting waar we even hebben rondgewandeld.